Dat van die dozen en de opslag vraag ik straks, denkt Roel. Aan Menno of aan Giel. Of aan die nieuwe. Hoe heet hij ook alweer? Marcel. Voor de repetitie van zijn strijkje rijdt Roel met tram lijn 2 naar Menno’s flat in Slotervaart. Cellokoffer in de arm.
Kort na zijn komst beginnen ze hun oefening van een kwartet. Roel leidt zijn strijkstok behoedzaam over de g-snaar, d-snaar, a. Menno gebiedt:
‘Stop. Giel, zet jij een achtste tel later in?’
Zes maten later is Menno zelf voorbarig.
‘Vier tellen vooraf maar weer. Tweede systeem.’
Vele malen beginnen ze opnieuw. Dan hebben ze het allegro wel zo’n beetje gladgestreken. Het is hoog tijd voor pils met nootjes.
Marcel vertelt dat hij de huwelijksverhalen van Tjechov leest.
‘Moet je ook lezen,’ zegt hij gnuivend. ‘Die man laat geen spat van het huwelijk heel.’ Misschien, denkt Roel, bakten die oude Russen er niets van. Kan zijn. Voor mijn aanstaande huwelijk geldt dat niet. Nou ja, aanstaande. Op den duur dan.
‘Pien en ik hebben ons verloofd,’ zegt hij plompverloren.
‘Wat een nieuws, man!’
‘Dat zeg je nu pas?’
Roel ontvangt een omhelzing, een hand, een schouderklop.
‘Pien komt bij me wonen,’ zegt hij.
Weer hoera. En ook nieuwsgierigheid.
‘Nu we het er toch over hebben. Weet iemand misschien een adres voor dozen?’ vraagt Roel. ‘Waarin ik mijn boel kan opslaan.’
Het is alsof hij een bom in de groep gooit.
‘Weg met die spullen. Afstand doen,’ zegt Marcel.
‘Hoezo opslag?’ vraagt Menno. ‘Jij wilt van twee walletjes eten.’
Betweter. Nou ja, denkt Roel, ik ken hem langer dan vandaag.
‘Van alles waar je er twee van hebt, doe je er één weg,’ zegt Menno ‘Twee platen, één weg. Twee boeken, één weg. Pannen, foto’s idem dito.
‘Waarom zou ik?’ sputtert Roel.
‘Omdat je straks gestrekt de deur uit wordt gedragen, net als ik en de rest hier. Wie ruimt het dan voor je op?’ vraagt Menno. ‘Je kinderen soms?’
Roel schraapt zijn keel maar eens.
‘Je bent roofzuchtig, zou Tjechov zeggen. Je ontfutselt aan je bestaan meer dan het kan geven,’ zegt Marcel.
‘Zo, zo,’ zegt Roel. ‘Zegt ie dat allemaal?’ Giel laat van zich horen:
‘Ik zou ook niet graag afstand doen van mijn spullen. Zo gemakkelijk is dat niet. Allemaal herinneringen aan oude tijden.’
‘Zo is het maar net,’ zegt Roel.
Stilte. Menno verbreekt hem. Een kringloopwinkel, is dat wat? Zo heeft een ander nog wat aan je huisraad. Marcel valt in met Marktplaats. Dan praten ze over e-books, uploaden, opslag in de Cloud, Spotify en streaming. Als moderne mannen.
Uitgeput valt Roel thuis op zijn bank in slaap. In zijn droom stopt voor zijn deur een vrachtwagen. Kringloop staat erop. Een ijzingwekkend schouwspel speelt zich in Roels innerlijke blikveld af. Forse mannen sjouwen zijn dressoir, platen, kleding, bad en bed zijn deur uit. Die stapelen ze in hun wagen. Verstard kijkt Roel hen na.
Mooi verhaal, leest lekker soepel. Gaat leuk tegen de weggooi-trend in.
Ha Angeline, dank! Die mannen gaan nog met hun tijd mee.