Kale boel. Zaterdag geen lekkers bij de koffie. En ook niet bij de thee. ‘s Avonds maaltijdsla met kip. Gelukkig vindt Roel Pien om op te vreten. En zij vindt hem een lekker stuk. Wat veel van zijn leed verzacht.
Op zondagavond maaltijdsalade met sardientjes. Roel denkt er een patatje bij. Hij fantaseert over een sappige paling, puree met volle melk en roomboter.
‘Wat doen we met de fitness, lief?’ vraagt Pien op maandagochtend.
‘Tja,’ zegt Roel maar eens. ‘Ehm.’ En dan:
‘We kunnen wel eens bij zo’n centrum kijken.’ Hij is weer helemaal bij de les.
Alleen al in de A.J. Ernststraat zijn er twee. Die op de hoek van de Europaboulevard en één voorbij het winkelcentrum. Na het eten maar.
Van een baliemedewerker van de Basic Fit mogen ze gratis even binnen kijken. Rijen oranje apparaten voor rennen, fietsen, heffen, duwen. Stampmuziek. En veel jonge mensen. Met mobiel in hun hand of naast zich op de grond. Oortjes in. Ze zien me niet eens, denkt Roel. Voor hen ben ik zoiets als lucht, bewegend behang. Hier word ik heel erg eenzaam.
Roel loopt de enorme ruimte door. Ziel onder de arm. Langs rijen apparaten met pedalen voor de ramen. Met uitzicht op een glimmend kunstwerk in een grasveld met bruin bladerdek. De voorkant van de sportzaal ligt aan de drukke boulevard. Platanen op de stoep en in de middenberm. Loopbanden bieden zicht op het verkeer. En op de halte van lijn 62. Roel kijkt eens achterom. Waar blijft Pien nou?
Hij ziet haar bij de ingang in de verte. Ze staat er met een man te praten. Sporttas in zijn hand, in jack en spijkerbroek. Alsof hij net de sportzaal binnenkomt. Of gaat hij net naar buiten? Te oordelen naar diens kale achterhoofd, is hij de enige andere van hun leeftijd hier. Geen wonder dat Pien meteen aanspraak heeft. Of zou ze hem soms kennen? In dat geval ziet zij het hier wel zitten. Straks wil ze hier voortaan gaan sporten. En heeft ze lak aan al die jonkies met hun eeuwig bellen en voortdurend typen. Voor wie je lucht bent, een oud lijk, een meubelstuk.
Zo van veraf te zien hebben die twee elkaar best veel te zeggen. Roel staat in dubio: zal ik erheen gaan? Maar dan ziet hij Pien verstarren. Ze staart de vent aan, schudt haar hoofd. Roel loopt hun richting op.
Intussen draait Piens gezelschap zich al van haar af. Zijn blik strak richting uitgang stapt hij opzij en loopt de draaideur door. Pien lijkt hem tevergeefs iets na te roepen. Verloren blijft ze in haar eentje staan.
‘Gaan we?’ vraagt Roel zodra hij naast haar staat. Met bonzend hart: ‘Wie was die man?’
‘Mijn ex,’ zegt Pien. ‘Die sport hier na zijn werk.’ Al woont hij helemaal niet hier. Meer wil ze er niet over kwijt. ‘Thuis,’ zegt ze. ‘Later.’
oh een cliffhanger, pas over een week weten we meer….
Een week is zo weer voorbij. Lees dan vooral verder, Angeline!