Alleen in het weekend

Wanneer Roel op maandagavond zijn Pien opbelde begon hij alweer naar het weekend te verlangen. Op dinsdag werd het vuurtje groter, vier dagen nog, hij werd er warm van. Als het hem een dagje tegenzat, dacht hij: vrijdagavond ben ik lekker weer bij Pien. In het weekend genoot hij van haar stem, haar geur, haar zachte vel, de manier waarop ze zich bewoog.
Toch zat hem iets niet lekker. Er wrong iets.

Toen hij zich op een ochtend bij zijn tweede kopje koffie afvroeg waar dat gevoel van crisis toch vandaan kwam, wat hij nou eigenlijk wilde, kwam de waarheid levensgroot bij hem aan tafel zitten. De gedachte drong zich op dat hij met Pien wilde samenwonen.
Van schrik morste Roel zijn koffie over tafel. Hij kreeg spontaan de hik. ‘Samenwonen!’ fluisterde hij ontzet. Hik. Beurtelings kreeg hij het warm en koud, zijn ogen traanden.

‘Is er iets?’ zeurde een stemmetje in zijn hoofd.
‘Dat doen enkel mensen zonder lef,’ kreunde hij als een soort antwoord, ‘mensen met bindingsangst willen dat, types die zich niet durven vast te leggen.’ Zo was hij niet. Hoopte hij.
‘Dat nooit,’ besloot hij ferm.

Hij rechtte zijn rug, haalde een kam door zijn haar en raadpleegde zijn horloge. Het was een beetje vroeg, maar beter vroeg dan nooit. Toen pakte hij kordaat zijn telefoon en toetste Piens nummer in.
‘Met mij,’ zei hij.
‘Dat zag ik al,’ zei Pien, zonder een spoortje van verbazing in haar stem. ‘Je belt vroeg.’
‘Pien,’ zei hij. ‘Ik wil niet meer met weekendtasjes sjouwen, het moet nu maar eens afgelopen zijn met die vrijblijvendheid. Laten we trouwen. Zeg je appartement op en kom bij mij wonen. Ik wil dat ook best doen, dan kom ik bij jou.’ Zijn stem ketste tegen de vloer en wanden van zijn woonkamer.
‘Waar ben je?’ vroeg ze.
‘Thuis,’ antwoordde hij.
‘Kom je soms even langs?’ vroeg ze.

Pien is een schat, dacht hij, toen hij uren later in slaap dommelde. Ze had hem geduldig en met veel overtuiging uitgelegd dat ze best haar appartement kon aanhouden en hij het zijne. Zonder dat zoiets vrijblijvend was. ‘Je hoeft jezelf toch niet meteen maar in een strop te hangen?’ zei ze en aaide over zijn rug.
‘Eventueel kunnen we best trouwen.’
‘Zou je dat willen?’ vroeg hij.
Liever niet natuurlijk, want die keer dat ze het had gedaan was haar totaal niet bevallen, ze was niet voor niets gescheiden. Hij vond het lief van haar aangeboden.

Pien had haar warme adem in zijn oor geblazen, hem zachtjes gestreeld waar hij het graag had, ze waren in haar bed beland waar ze de liefde hadden bedreven.
Naast hem hoorde hij haar kalme ademhaling, ze sliep al. Roel lag nog een seconde met zijn ogen open. Er was niet veel veranderd, maar hij had het prettige gevoel dat hij lef had getoond en dat zijn crisis was bezworen.

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.